zondag 6 mei 2012

WAK-einde in de Gentse rand (Drongen en De Pinte)

Het einde van de WAK kwam met rasse schreden dichterbij, maar gulzig naar kunst en cultuur als ik ben, was ik nog niet voldaan. Elke activiteit die ik eerder deze week bezocht deed bovenal beseffen dat kunst niet exclusief is voorbehouden voor het grote Parijs of Londen. Zelfs de petieterigste stipjes op de kaart van Vlaanderen bleken heel wat meer in hun mars te hebben dan hun naam ooit zou kunnen laten vermoeden. Oost west, thuis best dan maar?

Dappere keuzes en verliefde stieren

Voor ik zulke conclusies kon trekken besloot ik nog een WAK-activiteit in thuis‘stad’ Drongen mee te pikken. Daar vond in de kerk het jaarlijkse leerlingenconcert van de Academie voor Muziek, Woord en Dans plaats. Een hoogtepunt in de prille carrière van deze jonge muzikantjes! In de korte nummertjes, gaven ze voor het publiek - van voornamelijk familie en vrienden- prijs waar ze zich al die tijd in hun ééntje suf op hadden geoefend. De fraaie klanken van saxofonen, gitaren en dwarsfluiten wisselden elkaar in een prettig ritme af. De muziekleerkrachten hadden duidelijk hun best gedaan om een kindvriendelijk programma op te stellen, waarin her en der de tune van een tekenfilm te herkennen viel. Eén knaapje bleek als enige van de academie de euphonium tot zijn instrument gekozen te hebben, en dient hier, alleen al om die dappere keuze eervol vermeld te worden. Tussendoor vertederden ook de kleinsten – zij die nog niet toe zijn aan een eigen instrument- door enkele nummers te zingen over verliefde stieren en luie nijlpaarden. Alweer een geslaagde avond!

Van de keuken naar de kunst en terug

Verder was ik ook best benieuwd wat fotoclub De Spiegel uit De Pinte nog voor moois in de aanbieding zou hebben. Tot mijn verrassing bleken de foto’s van de club in het drukbezochte eetetablissement ‘t Klooster te hangen boven de tafeltjes waar talloze De Pintenaars zaten te dineren. Kunst bekijken was hier een vreemde ervaring: ik begaf me ergens op de smalle grens tussen kijken en bekeken worden. Voor de tafelende zielen moest het immers een vreemd zicht geweest zijn: kunstliefhebbers die net niet boven hun bord kwamen hangen om te kijken welke details er op de foto achter hen te zien was. De gebruikelijke, slenterende museumtred was hier ook uit den boze: als ik mij te veel in een gallerij had gewaand, had ik het risico gelopen in aanvaring te komen met tafels en obers. En zo'n botsing, met gevallen en gebroken borden vandien, was niet alleen jammer geweest voor de hongerigen die er op hun eten zaten te wachten. Ook de foto’ die er hingen wou ik soepspatten en gemorste pureeklodders besparen. Daarvoor waren ze te mooi, te broos. Het viel mij op dat er op veel beelden gespeeld was met de transparantie van natuurlijke waterbronnen. Het beeldende verhaal van de pracht van watervallen en dauwdruppels. De foto’s vormden – ook al was het volgens de man achter de toog niet opzettelijk zo bedoeld- een geheel dat bovendien wellicht een rustgevend effect moet hebben gehad op de klanten van ‘t Klooster. Jammer dat ik al gegeten had!

Wat na de WAK?

Na een laatste blik op de foto’s, besloot ik de obers op dit drukke uur niet langer in de weg te lopen en hief ik in de De Pintse kroeg De Bar-On een beetje verderop, waar blijkbaar ook regelmatig concerten plaatsvinden –een tip om in het post-WAK-tijdperk aanstormend talent te spotten?- het glas op de voorbije week. En op wa(k)t een succes die wa(k)s!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten